Dat blijkt uit onderzoek van de Europese tak van de World Health Organization (WHO), zo schrijft persbureau ANP.
De mentale en emotionele gevolgen van cyberpesten
De Wereldgezondheidsorganisatie deed onderzoek onder meer dan 280.000 jongeren in de leeftijd van 11, 13 en 15 jaar in 44 landen en regio’s in Europa, Centraal-Azië en Canada. De resultaten van het internationale onderzoek worden benoemd in het tweede volume van de studie ‘Health Behaviour in School-aged Children’ (HBSC). Het onderzoek wordt elke vier jaar uitgevoerd door de Europese tak van de WHO om nieuwe inzichten te krijgen in de gezondheid en het welzijn van jongeren. De cijfers in de laatste editie hebben betrekking op 2021 en 2022.
Uit het onderzoek blijkt dat één op de zes jongeren te maken krijgt of ooit in aanraking is gekomen met het fenomeen cyberpesten. Jongeren worden dan herhaaldelijk online gepest met behulp van smartphones, computers en andere elektronische apparaten. Het achterlaten van gemene berichten op sociale media of het verspreiden van gênante foto’s en video’s zijn voorbeelden van digitaal treiteren.
Cyberpesten gebeurt veelal door leeftijdsgenoten en kan een zeer ingrijpende impact en diepgaande gevolgen hebben op het leven van jongeren. Slachtoffers voelen zich nergens veilig en hebben geen behoefte aan interactie. In de meest ernstige gevallen verminken jongeren zichzelf, of denken ze zelfs na over zelfdoding. We moeten dan ook niet te lichtzinnig denken over cyberpesten.
Jongeren vaker online gepest
Volgens de onderzoekers krijgt één op de zes pubers te maken met cyberpesten. Er is daarbij geen verschil tussen jongens en meisjes: van de jongens geeft 15 procent aan ervaring te hebben met cyberpesten, bij de meisjes is dat 16 procent. Dat is een forse stijging ten opzichte van 2018, toen het om respectievelijk 12 procent en 13 procent ging.
Eén op de acht jongeren (12 procent) geeft eerlijk toe anderen online te pesten. De stijging is het grootst bij meisjes: daar bedroeg de toename 2 procentpunt tot 9 procent. Het aandeel jongeren dat online wordt gepest, steeg in gelijke mate bij zowel jongens als meisjes. Zo’n 15 procent van de jongeren zegt het slachtoffer te zijn geweest van cyberpesten.
‘Dit is een wake-up call’
Joanna Inchley, internationaal coördinator van de studie, zegt dat instellingen meer moeten doen om het mentale en emotionele welzijn van jongeren te beschermen. “Het is van cruciaal belang dat overheden, scholen en gezinnen samenwerken bij het aanpakken van cyberpesten, zodat jongeren een veilige en ondersteunende omgeving hebben om in te gedijen”, zegt ze in een reactie.
Hans Kluge, directeur van de Europese afdeling van de WHO, noemt de bevindingen van het rapport ‘een wake-up call voor ons allemaal’ om online pesten aan te pakken. “Van zelfbeschadiging tot zelfmoord: we hebben gezien hoe cyberpesten in al zijn vormen de levens van jonge mensen kan verwoesten. Dit is zowel een gezondheidsprobleem als een mensenrechtenkwestie”, zo waarschuwt hij.
Bron VPNgids