Doelstelling:
- De leerlingen leren omgaan met camera en het maken van een filmpje.
- De leerlingen gaan actief aan de slag om een oplossing tegen het pesten te bedenken.
Introductie: De docent laat een spotje van ‘Sire’ zien over pesten. En vertelt over het onderwerp pesten. Vervolgens lees hij een stukje voor uit het boek ‘Spijt’ van Carry Slee.
Opdracht:
- Lees samen met de leerlingen een stukje uit het boek ‘Spijt’ van Carry Slee. Een aantal leerlingen zullen het boek al hebben gelezen en er iets over kunnen vertellen.
- In groepjes van 4 gaan de leerlingen praten over pesten.
- De opdracht is dat ze een spotje gaan maken tegen pesten, hoe kan pesten volgens hen gestopt of verminderd worden. Het spotje moet een duidelijke eindconclusie hebben die bij de kijkers blijft hangen.
- De leerlingen hebben hier drie blokuren de tijd voor, het eerste uur wordt er gepraat en gelezen over ‘pesten’, de groepjes worden ingedeeld, bedenken een oplossing tegen het pestprobleem en maken een storyboard over het filmpje dat ze willen maken. In de tweede les trekken ze conclusies en hebben een definitief idee en storyboard over het filmpje.
- Ze gaan de rollen verdelen, plaats bepalen etc. Om vervolgens te gaan filmen.
- De derde les mogen ze daar het eerste uur mee verder, om de puntjes op de i te zetten.
- Het laatste uur gaan we gezamenlijk de filmpjes bekijken en discussiëren over de gekozen oplossingen.
Materialen:
- Boek of film ‘spijt’ van Carry Slee
- Camera’s (kan ook met telefoons)
- Papier
- Televisie met camera aansluiting
- Nabespreking: De filmpjes worden gezamenlijk besproken, de groepjes vertellen in presentatie vorm over de oplossing voor het pestprobleem, wat moet er aan gedaan worden, welke voorlichting moeten leerlingen en docenten krijgen etc.
Discussiepunten thema Pesten:
- Ken je iemand die gepest is en hoe ging het met die persoon?
- Hoe heb jij gehandeld? ?
- Een persoon wordt gepest en zit zwaar in de put, je merkt dat en wil er iets aan doen. Wat zou je hier aan kunnen doen?
- Wat vind je van dit argument van een pester: ‘Ach, het was maar een lolletje, het stelde niet zoveel voor’.
- Hoe zal de pester zich voelen nadat hij/zij iemand erg gepest heeft?
Waar moet de docent over beschikken: -
- Kennis over pesten, pestgedrag, daders, slachtoffers etc.