Op het voortgezet onderwijs is het belangrijk om duidelijk onderscheid te kunnen maken tussen plagen en pesten, zodat je weet wanneer iets onschuldig is en wanneer er sprake is van pestgedrag.
Plagen is iets wat vaak gebeurt tussen vrienden en kan soms grappig zijn. Het gaat meestal over onbelangrijke zaken en het gebeurt niet met de intentie om iemand te kwetsen of pijn te doen. Bij plagen is er sprake van een wederzijdse grap en gaat het niet over iemands uiterlijk, afkomst, seksualiteit of andere persoonlijke kenmerken.
Pesten daarentegen is systematisch en langdurig gedrag dat erop gericht is om iemand te kleineren, te vernederen of te kwetsen. Het gebeurt niet tussen vrienden en de intentie is om de ander te kwetsen en pijn te doen. Bij pesten is er sprake van ongelijkwaardigheid en eenzijdigheid: de gepeste persoon heeft geen controle over de situatie en kan zichzelf niet verdedigen.
Om het verschil tussen plagen en pesten te begrijpen, is het belangrijk om te kijken naar de intentie achter het gedrag en de gevolgen voor de ander. Als het gedrag bedoeld is om de ander te kwetsen en er sprake is van langdurig en systematisch gedrag, dan is er waarschijnlijk sprake van pesten. Bij plagen is er sprake van wederzijdse grapjes en is het niet bedoeld om de ander te kwetsen.
Het is belangrijk om te weten dat pesten nooit normaal is en altijd verkeerd is. Als je geplaagd wordt en het doet pijn of kwetst je, dan is het belangrijk om te praten met degene die het plagen doet en duidelijk te maken dat je niet meer wilt dat dit gebeurt. Als het pesten niet stopt, dan is het belangrijk om hulp te zoeken bij een docent, mentor of vertrouwenspersoon op school.