Pestprotocol voor Scholen bij Pesten en Online Pesten | Stop Pesten NU

Pestprotocol voor Scholen bij Pesten en Online Pesten

Pesten is een hardnekkig probleem dat veel Nederlandse leerlingen treft. Met de opkomst van het digitale tijdperk is digitaal pesten, ofwel cyberpesten, een nieuwe en even schadelijke vorm van intimidatie geworden. Het is essentieel dat scholen een uitgebreid protocol hanteren dat zowel traditioneel als online pesten aanpakt.

1. Definitie van Pesten

Pesten is herhaaldelijke, opzettelijke schade waarbij er een machtsonevenwichtigheid is tussen de pester en het slachtoffer. Deze schade kan fysiek, verbaal, relationeel of psychologisch zijn.

2. Definitie van Online Pesten

Digitaal pesten betreft het gebruik van elektronische technologie om een ander te treiteren, bedreigen of in verlegenheid te brengen. Dit omvat sms-berichten, e-mails, sociale media en websites.

3. Meldingsmechanisme

Scholen dienen een duidelijk, toegankelijk en vertrouwelijk systeem voor het melden van pesten in te stellen. Dit kan een aangewezen persoon zijn, een online portaal of een anonieme brievenbus.

4. Onderzoek

Na ontvangst van een melding over pesten, moeten aangewezen medewerkers dit onmiddellijk onderzoeken. Hierbij kan gekeken worden naar digitale sporen, met respect voor privacywetgeving.

5. Sancties en gevolgen

Scholen moeten een duidelijk stelsel van sancties hebben dat toeneemt op basis van de ernst en frequentie van het pesten. Enkele voorbeelden sanctiebeleid

  • Eerste kleine overtreding
    Mondelinge waarschuwing en verplichte begeleiding.
     
  • Herhaalde kleine overtredingen
    Schriftelijke waarschuwing, notificatie aan ouders en meerdere begeleidingssessies.
     
  • Grote overtreding (fysiek geweld, expliciete bedreigingen) 
    Schorsing, intensieve begeleiding en mogelijke betrokkenheid van de politie.
     
  • Eerste kleine digitale overtreding
    Mondelinge waarschuwing en tijdelijk verbod op schoolplatforms.
     
  • Herhaalde kleine digitale overtredingen
    Schriftelijke waarschuwing, oudermelding en langer verbod op schoolplatforms.
     
  • Grote digitale overtreding (verspreiden van expliciete inhoud, ernstige bedreigingen)
    Schorsing en permanent verbod op schoolplatforms.

6. Preventie en educatie:

Scholen moeten regelmatig workshops en sessies organiseren over pestpreventie, digitale etiquette en online veiligheid.

7. Ondersteuning voor slachtoffers

Zorg dat slachtoffers toegang hebben tot counseling, peer support groepen en hulpmiddelen.

8. Rehabilitatie voor pestkoppen

Pesters vertonen vaak dit gedrag vanwege eigen problemen. Counseling en peermediation kunnen helpen hun gedrag te hervormen. Bekijk ook deze inzicht- en reflectieopodrachten:

9. Regelmatige herziening

Het protocol moet jaarlijks worden herzien, rekening houdend met nieuwe technologieën en pesttrends.

10. Betrokkenheid van de gemeenschap (o.a. ouders en opvoeders)

Betrek de bredere gemeenschap bij anti-pestinspanningen.

 

Betrokkenheid van ouders en opvoeders

In deze moderne tijd, waarin sociale media en online platforms een centrale rol spelen in de levens van kinderen, is het belang van een effectief pestprotocol op scholen onmiskenbaar. Online Pesten is een groeiend probleem, en de betrokkenheid van ouders en opvoeders is cruciaal om dit aan te pakken. Dit artikel duikt dieper in de aanpak van pesten, met specifieke nadruk op de rol van ouders.

Fases van aanpak

Signaleringsfase

  • Erkenning
    De leerkracht neemt klachten over pesten serieus. Bijvoorbeeld, als een leerling meldt dat hij of zij online bedreigd wordt op sociale media, wordt dit direct onderzocht.
     
  • Ondersteuning
    Zowel de gepeste als de pester krijgen begeleiding. Dit kan variëren van gesprekken met een vertrouwenspersoon tot doorverwijzing naar professionele hulp buiten de school.
     
  • Communicatie
    Er wordt contact opgenomen met de ouders van beide partijen. Een open dialoog tussen school en thuis is essentieel voor een effectieve aanpak.
     
  • Bespreking
    Het pestgedrag wordt binnen de klas besproken, waarbij het belang van een veilige en respectvolle omgeving wordt benadrukt.

 

Waarschuwingsfase

De leerling in kwestie wordt geïnformeerd over mogelijke sancties, zoals het 'Gele Kaart'-systeem bij herhaald pestgedrag.

Handelingsfase

Deze fase is gericht op actie. Denk aan sancties zoals tijdelijke schorsing, maar ook aan constructieve maatregelen zoals bemiddelingsgesprekken tussen de betrokken leerlingen.

 

 

Voorbeeld 2, Pestprotocol op schoolniveau

We onderscheiden verschillende fases in het handelen van de leerkracht.

Signaleringsfase

  1. Stap 1: De leerkracht neemt de klachten over pesten serieus en probeert het probleem helder te krijgen en achter de mogelijke oorzaak te komen.
     
  2. Stap 2: De leerkracht biedt hulp aan gepeste kind en ook aan pester.
     
  3. Stap 3: De leerkracht neemt contact op met de ouders van het gepeste kind en ook met de ouders van de pester.
     
  4. Stap 4: De leerkracht maakt het pestgedrag in de groep bespreekbaar.

 

Waarschuwingsfase

De betreffende leerling wordt gewaarschuwd en bespreekt samen met de leerkracht de gesignaleerde pestsituatie. De leerling is op de hoogte van het feit, dat na deze waarschuwing bij een volgende pestsituatie de `Gele Kaart´ volgt.

 

Handelingsfase

  1. Stap 1: De pestsituatie wordt door de leerkracht of interne begeleider in kringgesprekken binnen de betreffende leerling- groep(en) besproken.
     
  2. Stap 2: De leerkracht maakt een schriftelijk verslag van de pestsituatie. Dit verslag wordt in de zorgmap van de leerling opgeborgen.
     
  3. Stap 3: Er volgt een gesprek. Dit kan een probleemoplossend gesprek zijn of een bestraffend gesprek met de gepeste, de pestkop, en de volgelingen. (de pester ontvangt een gele kaart) Wanneer een gele kaart aan een leerling wordt uitgereikt wordt er contact met de ouders opgenomen. De leerlingen spreken met elkaar aan het begin van het jaar af wanneer een gele kaart wordt uitgedeeld. Gele kaarten kunnen niet “ terug verdiend worden”.
     
  4. Stap 4: Indien de leerkracht geen duidelijke analyse van de pestsituatie kan maken en er geen duidelijkheid bestaat over de rollen van de betrokkenen (pester, gepeste, volgelingen) wordt, na overleg met en toestemming van de ouders, de OBD (Onderwijs Begeleidingsdienst) of de GGD ingeschakeld.
     
  5. Stap 5: Na twee gele kaarten volgt een rode kaart en wordt van de leerling verwacht dat de leerling een week op school nablijft. De tijd die de leerling op school is, gebruikt hij/zij om een keuze maken uit een literatuurlijst van kinderboeken, waarin het thema pestgedrag centraal staat om zo zijn gevoeligheid voor wat hij met het gepeste kind uithaalt te vergroten.
     
  6. Stap 6: De leerling maakt van het gelezen boek een boekverslag, of houdt een boek- bespreking. De leerling kan ook een videoband bekijken of brieven van gepeste kinderen lezen. De leerkracht bespreekt dit met de leerling.
     
  7. Stap 7: De pestsituatie wordt in de eerstvolgende zorgvergadering besproken.
     
  8. Stap 8: De leerkracht(en) van de betrokken leerling bespreekt de pestsituatie met de betrokken ouders van zowel gepeste leerling als de pester. De betrokken ouders krijgen achtergrondinformatie en handreikingen met betrekking tot de aanpak van het pestgedrag.
     
  9. Stap 9: Er wordt gezamenlijk met de ouders en de betrokken leerling afspraken ten aanzien van het gedrag van de leerling gemaakt. Deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd en in de zorgmap van de groep opgeborgen. De leerkracht heeft hierbij de voortrekkersrol en nodigt de diverse partijen uit voor een gesprek.
     
  10. Stap 10: In die situaties, waarin de aanpak van het pestgedrag problemen geeft, wordt de assistentie van een of meer hulpverlenende instanties ) ingeschakeld.
     
  11. Stap 11: De leerkracht maakt de komende weken van pesten een lesthema. Hiervoor kan gebruikgemaakt worden van de materialen uit de orthotheek die voor het thema “Pesten” zijn aangeschaft.
     
  12. Stap 12: Indien de bovengenoemde stappen niet tot verandering leiden dan gaan wij over tot schorsing of verwijdering.

 

Stappenplan naar de ouders

Wanneer stappen worden ondernomen naar ouders wordt het volgende protocol gevolgd:

 

Leerkracht praat met leerling

 

Leerling praat met leerling

 

Praten helpt niet.

Leerling krijgt “gele kaart”*). Contact opnemen met ouders

Praten helpt niet. Leerkracht bemiddelt. Contact opnemen met ouders.

Leerling krijgt gele kaart*)

 

Houdt zich nog steeds niet aan afspraken. 2e gele kaart volgt.

 

Houdt zich nog steeds niet aan afspraken. 2e gele kaart volgt.

 

Houdt zich nog steeds niet aan afspraken. Rode kaart en sancties volgen.

 

Houdt zich nog steeds niet aan afspraken. Rode kaart en sancties volgen.

Na herhaaldelijk ernstig ongewenst gedrag volgt schorsing**)

 

Na herhaaldelijk ernstig ongewenst gedrag volgt schorsing**)

Na uitblijven van verbetering van het gedrag kan de school tot verwijdering overgaan

 

Na uitblijven van verbetering van het gedrag kan de school tot verwijdering **) overgaan

*)  Bij het uitdelen van een gele kaart neemt de leerkracht contact op met de ouders. Na  twee gele kaarten volgt een rode kaart en blijft de leerling gedurende een week iedere dag 1 uur na en krijgt gedrags-gerelateerd werk

**) zie Schorsing en verwijdering van leerlingen

 

Verantwoordelijkheid voor het voorkomen van pestgedrag

Alle bij de school betrokken professionals zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het voorkomen en zo nodig bestrijden van pestgedrag. We definieren deze verantwoordelijkheid als volgt:

  • Directie: draagt zorg voor naleving en communicatie over dit pestbeleid.
  • APC / IB'er  draagt zorg voor regelmatige evaluatie van het pestbeleid en pestprotocol en ondersteunt de leerkracht bij de eventuele uitvoering van het protocol.
  • Leerkracht: is verantwoordelijk voor het jaarlijks opstellen van de regels van het protocol op groepsniveau. Volgt het pestbeleid /protocol bij signalering, communiceert dit met de IB- er en zo nodig de directie.
  • :eerlingen en ouders: ondertekenen het pestprotocol op groepsniveau. Bij signalering van pestgedrag signaleren zij dit bij de leerkracht.